In de Nederlandse keuken is het gebruikelijk om restjes op te warmen en op te eten. Dit wordt ook wel “Hij heeft wat er in de pan zat opgegeten” genoemd. Dit gezegde is een herkenbare uitspraak voor velen, aangezien het aangeeft dat men geen voedsel verspilt en alles wat er in de pan zit, netjes op eet.
Het idee achter dit gezegde is dat men zuinig omgaat met voedsel en geen voedsel verspilt. In Nederland is het belangrijk om bewust om te gaan met voedsel en zo min mogelijk weg te gooien. Restjes worden vaak bewaard en opnieuw gebruikt in maaltijden, zodat er niets verloren gaat.
Veel Nederlandse huishoudens hebben dan ook een traditie van kliekjesdagen, waarop er restjes van de week worden opgewarmd en gegeten. Dit is niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor de portemonnee. Door restjes op te eten, bespaar je geld en verminder je voedselverspilling.
Het gezegde “Hij heeft wat er in de pan zat opgegeten” is dus een mooi voorbeeld van hoe Nederlanders omgaan met voedsel. Zuinigheid, duurzaamheid en bewustzijn zijn belangrijke waarden als het gaat om eten. Dus voordat je iets weggooit, bedenk dan dat er misschien nog een heerlijke maaltijd in de pan zit te wachten.