Het Openbaar Ministerie (OM) is belast met het handhaven van de wet en het vervolgen van strafbare feiten in Nederland. Het is een cruciale instantie in het Nederlandse rechtssysteem, maar de vraag is hoe selectief het OM te werk gaat bij het bepalen welke zaken worden vervolgd en welke niet. Is het OM kieskeurig bij het selecteren van zaken om te vervolgen?
Het antwoord op deze vraag is niet eenduidig. Het OM heeft een grote verantwoordelijkheid om de belangen van de samenleving te behartigen en ervoor te zorgen dat recht wordt gedaan. Het moet echter ook rekening houden met de beschikbare middelen en capaciteit. Het OM kan simpelweg niet alle strafbare feiten vervolgen en moet daarom keuzes maken.
Om deze keuzes te maken, hanteert het OM een zogenaamd selectie- en vervolgingsbeleid. Dit beleid bepaalt welke criteria worden gebruikt om te beslissen welke zaken worden vervolgd. Het OM heeft bijvoorbeeld prioriteit gegeven aan zaken met een grote maatschappelijke impact, zoals terrorisme, georganiseerde misdaad en zware geweldsdelicten.
Daarnaast houdt het OM rekening met de haalbaarheid van een zaak. Als er onvoldoende bewijs is, of als het bewijs onrechtmatig is verkregen, kan het OM besluiten om een zaak niet te vervolgen. Dit kan soms tot frustratie leiden bij slachtoffers of nabestaanden, die graag gerechtigheid willen zien.
Er zijn ook situaties waarin het OM besluit om een zaak te seponeren. Dit betekent dat de zaak weliswaar voldoende bewijs heeft, maar dat er om andere redenen wordt afgezien van vervolging. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij geringe overtredingen, eerste misdrijven van minderjarigen of bij zaken waarbij een alternatieve afdoening wenselijk is, zoals mediation.
Kritiek op het OM is er altijd geweest, met name vanuit de slachtofferzijde. Er zijn vaak gevallen waarbij mensen het gevoel hebben dat het OM niet voldoende aandacht besteedt aan hun zaak of dat er sprake is van willekeur. Soms wordt het OM ervan beschuldigd te kieskeurig te zijn in het selecteren van zaken om te vervolgen.
Het is echter belangrijk om te beseffen dat het OM te maken heeft met een beperkte capaciteit en hulpbronnen. Het moet prioriteiten stellen en keuzes maken. Daarnaast moet het OM de belangen van alle betrokken partijen afwegen, inclusief de verdachten en de samenleving als geheel.
Het OM is dus selectief bij het kiezen van zaken om te vervolgen, maar dit is een noodzakelijk kwaad. Het is onmogelijk om alle strafbare feiten te vervolgen. Het OM moet zorgvuldig omgaan met zijn beperkte middelen en capaciteit, en streven naar een rechtvaardig en evenwichtig vervolgingsbeleid.
Uiteindelijk is het aan de rechterlijke macht om te beoordelen of het OM wel of niet juist heeft gehandeld in een specifieke zaak. Transparantie en verantwoording zijn daarom essentieel om het vertrouwen in het OM te behouden en ervoor te zorgen dat het selectieproces zo objectief en rechtvaardig mogelijk verloopt.